Standaarden? Jazeker! Maar bruikbaarheid staat voorop

Als serieuze IT-organisatie ontwikkelen wij professionele software. Daarbij is de architectuur natuurlijk belangrijk, maar we ontwikkelen vooral graag software die gebruikt wordt. In deze blog vertelt Tjibbe Chris Kuipers, IT-consultant, over hoe we dat evenwicht in de praktijk bewaken.

Generieke applicatie waar iedereen blij van wordt

Natuurlijk gebruiken wij als professionele softwareontwikkelaars algemeen geldende standaarden en kijken wij heel goed naar de architectuur van onze software. Met ons compacte team ontwikkelen we generieke software die voor alle onderwijsinstellingen werkt. Maar voorop staat dat die software ook gebruikt moet worden. Wij passen onze software aan op basis van drie factoren: wettelijke eisen, wensen en behoeften van onze gebruikers en optimalisatiemogelijkheden. Zoals we in onze vorige blog al schreven, werken we met kleine iteraties en een wekelijks releaseschema. Dat zorgt dat we heel flexibel en veerkrachtig in kunnen spelen op veranderingen die zich voordoen. Als er bijvoorbeeld een nieuwe nationale onderwijsstandaard wordt ontwikkeld, kijken wij eerst naar de bruikbaarheid daarvan. Pas als we overtuigd zijn van de toegevoegde waarde, passen wij het in onze software toe. Als onze gebruikers beter geholpen zijn met een alternatieve oplossing, lossen we het anders op.

Passende integratielaag

Een voorbeeld: de integratielaag met andere onderwijssystemen. Onze applicaties zijn goed in waar ze voor ontwikkeld zijn: het ondersteunen van onderwijsinstellingen en studenten bij hun administratie en het helpen van onderwijsinstellingen bij het organiseren van hun digitale verkiezingen. Maar het onderwijs kent natuurlijk nog veel meer systemen. Om al die systemen onderling met elkaar te laten praten, heeft coöperatie SURF de Open Onderwijs API laten ontwikkelen. Natuurlijk is zo’n algemene integratielaag een prachtig idee. Maar als onze klanten er slechts tien procent van gebruiken, dan kiezen wij er liever voor om een integratielaag te maken die precies die tien procent doet, en de rest laat voor wat het is. Ongebruikte functies kunnen in de weg zitten. Vergelijk het met een auto die te lang stilstaat met de handrem aangetrokken. Pas op het moment dat je de auto wil gebruiken, merk je dat de rem is vastgeroest, en je niet op pad kunt.

Flexibiliteit en veerkracht

Dus ja, de architectuur van wat wij ontwikkelen is belangrijk, maar die is niet vastomlijnd, rigide en voorschrijvend. Wij kijken graag steeds naar wat de beste oplossing is voor een probleem of uitdaging die zich voordoet, zodat we altijd flexibel en veerkrachtig in kunnen spelen op veranderende omstandigheden.

Meer weten?

Wil je ook graag met ons aan de slag of mogen we in 10 minuten ons systeem aan je uitleggen? Bel of mail ons: 050 - 205 35 30 | info@progressonderwijs.nl.


;